Beschrijving
Wie ‘lijdt aan het leven’ kan op dit moment niet rekenen op hulp van een arts bij zelfdoding. De Euthanasiewet laat dit niet toe. In dit boek werpt mr. drs. Coleta van Swaal de vraag op of levensbeëindigend handelen door artsen bij mensen die ‘lijden aan het leven’ moet worden gelegaliseerd. Zij bespreekt de totstandkoming, de doelstellingen en de grondslagen van de Euthanasiewet en beschrijft de ontwikkeling van de zorgvuldigheidseisen zoals die sinds 2002 vanuit de jurisprudentie in de Euthanasiewet zijn gecodificeerd. Met name de zorgvuldigheidseis dat er sprake dient te zijn van ondraaglijk en uitzichtloos lijden speelt een centrale rol bij ‘lijden aan het leven’.
De auteur gaat uitgebreid in op de argumenten om ‘lijden aan het leven’ wel of niet onder de reikwijdte van de Euthanasiewet te laten vallen. Tegelijkertijd behandelt ze de zaak-Brongersma, waarin de Hoge Raad aangaf dat ingeval van ‘lijden aan het leven’ hulp bij zelfdoding onder de Euthanasiewet niet is gerechtvaardigd: ‘lijden aan het leven’ is immers geen medisch classificeerbare psychische of somatisch ziekte of stoornis. Daarom valt het levensbeëindigend handelen buiten het medisch domein van de arts. Volgens de auteur moet ‘lijden aan het leven’ als mogelijke oorzaak worden gezien voor ‘ondraaglijk en uitzichtloos lijden’, wat juist wel binnen het medisch domein valt.